Soldaat Johannes Cornelis Pouwels Wijchen

Dienstplichtig Soldaat 3-III-8 RI. 3e sectie
Geboren 20 februari 1913 te Wijchen
Gesneuveld 11 mei 1940 op de Grebbeberg. (op zijn steen staat 13 mei)
Begraven Militair Ereveld Grebbeberg Rij 5 graf 9
Woonplaats ten tijde van sneuvelen; Wezel bij Wijchen

Johannes Cornelis (Jan) Pouwels zoon van Cornelis Pouwels en Johanna Hermina Valks. Geboren op de Geitweg 11/13 in Alverna.

Vader en moeder Pouwels kregen 6 kinderen allemaal jongens.

Voor de oorlog is het gezin verhuisd naar Wezel, Wezelsedijk 51/53, een buurtschap van Wijchen.

De grond was daar beter om producten te verbouwen dan de schrale grond van Alverna. De 6 jongens groeiden daar op.
De vijf broers van Jan Pouwels waren;
– Cornelis Albertus (Cor) Pouwels 30-11-1914 overleden 11-11-1999
– Albertus Frederikus (Albert) Pouwels 1-8-1916 overleden 3-5-2011
– Henrikus (Harry) Pouwels 9-3-1918 overleden 30-11-1992
– Marinus(The) Pouwels 3-6-1919 overleden 12-1-1969
– Petrus (Piet) Pouwels 25-5-1921 overleden 2-3-2002

De oudste zoon was Jan. Jan moest, als enige, voor zijn nummer in dienst. En in die hoedanigheid werd hij dan ook in augustus 1939 opgeroepen om zich te melden op zijn mobilisatie adres ergens in de omgeving van Rhenen. Soldaten, zoals Jan, kregen hun onderkomen op een boerderij of in een klaslokaal in een school.

Op 10 mei vielen de Duitsers Nederland binnen en Jan betrok zijn gevechtsopstelling in de voorposten vlak bij Wageningen. Zijn opstelling lag aan de rand van de boomgaarde bij de boerderij van de familie Krechting. Zijn groepscommandant was Sergeant Driessen en zijn Korporaal was de Vries.

Vanuit Wageningen werden de stellingen eerst beschoten door de Duitse artillerie alvorens de infanterie de aanval inzette. De Duitse troepen bestonden grotendeels uit SS’ers van de eenheid “Der Fuhrer”. Na de artillerie beschietingen begonnen de SS’ers aan hun aanval vanuit Wageningen op de voorposten. Al schietend kwamen ze via de boomgaarden steeds dichterbij. De boomgaarden boden voor de Duitsers prima dekking en konden hierdoor ongezien tot vlak bij de Nederlandse stellingen komen. Vanuit de Nederlandse stellingen waren de Duitsers moeilijk waar te nemen. Dat kwam omdat de Nederlandse regering had verboden om bomen en huizen, t.b.v. duidelijk vrije schootsectoren, te ruimen daar ze bang waren dat er schadeclaims zouden komen niet beseffende dat door deze beslissing onnodig Nederlandse soldaten zouden sneuvelen.

Vele Nederlandse soldaten werden dan ook verrast toen de Duitsers zo snel en ongezien dichterbij konden komen. Zo ook bij de gevechtsopstelling van Jan. Sergeant Driessen heeft op een gegeven moment de witte vlag opgestoken ten teken van overgave, Deze witte vlag werd door Soldaat J.H. Rutten uit Groesbeek weer neergehaald met de woorden “we vechten door zolang als er leven is”, waarna het gevecht nog zeker anderhalf uur verder ging.

Echter de Duitse overmacht was te groot mede dankzij de superieure uitrusting zoals steelgranaten en “draagbare” mitrailleurs die de Nederlanders niet voor handen hadden. Op 1 groepswapen na, een oude Lewis machinegeweer, vochten de mannen met geweren die zo uit het museum hadden kunnen komen. Om over handgranaten nog maar te zwijgen. Verbindingsmiddelen waren niet meer voor handen daar de Duitse artillerie alle lijnen kapot geschoten had en anders wel door de koeien, die tussen de stellingen liepen, stuk gelopen waren. De eenheden waren letterlijk op zichzelf aangewezen niet wetende wat er zich bij hun nevenposten afspeelde.

Na hevige gevechten met de Duitsers, waarbij Dirk van Breemen uit Arnhem reeds zwaar gewond raakte en later door de Duitsers naar de verbandpost bij de Anna Maria Hoeve werd afgevoerd en Soldaat Rutten uit Wijchen ook gewond was geraakt, besloten ze uiteindelijk om zich alsnog over te geven. Met de handen omhoog kwamen ze hun opstelling uit. Rutten uit Wijchen werd, ondanks zijn verwonding en opgestoken handen direct doodgeschoten en sneuvelde in zijn stelling. De Duitsers, waarschijnlijk nog verward van de eerste witte vlag die weer ingetrokken werd, waren erg opgefokt en stelden de groep van Jan, zeven man, op linie op aan de rand van de boomgaard. Waarna de mannen een voor een van achteren door hun hoofd werden geschoten. Jan die dit aanschouwde kon nog net zijn maat Rutten uit Groesbeek in zijn armen nemen alvorens beide geëxecuteerd werden.

Een andere gewonde soldaat en een soldaat die zich in de stelling dood hield overleefden deze tragedie en hebben dit relaas beschreven. Op 18 mei zijn Rutten, Jan en de overige mannen gevonden, Rutten en Jan nog met hun armen om elkaar heen en zijn diezelfde dag nog begraven.

Rutten en Jan die vrienden waren en samen sneuvelden liggen gebroederlijk naast elkaar begraven op het Ereveld op de Grebbeberg. Sergeant Driessen was, ondanks een kogel in zijn hoofd nog in leven en is later afgevoerd naar het Diaconessenziekenhuis in Arnhem waar hij 13 mei overleed en op 14 mei werd begraven op de Moscowa begraafplaats te Arnhem. Hij is in 1970 herbegraven en ligt sindsdien weer tussen “zijn” mannen.

Cor Pouwels, broer van Jan, die hoorde dat de gevechten op de Grebbeberg voorbij waren stapte op zijn fiets en ging vanuit Wezel op weg naar Rhenen. Hij wilde weten wat er met zijn broer gebeurd was. Daar aangekomen kwam hij midden in het “slagveld” terecht. Overal was men bezig de doden te verzamelen zowel de Nederlandse als de Duitse. Rode Kruis mensen liepen rond, Burgers die met lichamen aan kwamen lopen ter identificatie, Duitse artsen , Nederlandse artsen het was vreselijk wat Cor daar gezien moet hebben. Nadat Cor zich vergewist had van het lot van zijn broer is hij weer op weg gegaan naar Wezel, naar huis om het slechte nieuws aan zijn ouders en broers te vertellen.

De graven van J.H. Rutten en Jan gebroederlijk naast elkaar.
J.H. Rutten uit Groesbeek

De vader van Jan heeft voor Jan een grafsteen laten maken en deze op het graf van Jan laten plaatsen. Toen de Nederlandse gravenstichting overging tot het plaatsen van uniforme grafstenen, zoals vandaag de dag te zien is op het Ereveld, werd de “oude” grafsteen neergelegd op de plek waar Jan om het leven kwam.

Met vaste regelmaat kwam Jan’s familie naar deze plek om bloemen te leggen en te gedenken. Deze steen heeft daar als monument gelegen tot 2022 en is daarna aan een museum gegeven.

De gedenkplek, qua monument, van Jan is hiermee helaas verloren gegaan echter zal Jan hierdoor niet minder gemist worden. Wat erg zuur is aan dit verhaal is dat Nederlandse militairen die met weekendverlof waren niet meer terug konden naar hun eenheid en de meidagen van ’40 overleefden.

Wat als Jan met verlof was gegaan?

De eerste grafsteen van Jan Pouwels die door zijn vader in 1940 op zijn graf is gelegd en in 1954 is vervangen door een rijks-steen van de Oorlogsgravenstichting. De “oude” grafsteen is later op de plek gelegd waar Jan geëxecuteerd is en heeft daar tot 2022 gelegen.

Het getuigenverslag uit 1998 van de 2 overlevenden van de Groep van Sergeant Driessen: (zie ook Cees Rutten)

De broer van Jan, Cor, ging na de oorlog wonen aan het Kavelpad 1 te Leur. Hier woont nog steeds zijn zoon Jan Pouwels die pianostemmer is en dit relaas over zijn oom vertelt. Jan is vernoemd naar zijn gesneuvelde oom. Jan die ook in piano’s handelt werd jaren geleden opgebeld door de café eigenaar van café ??? uit Groesbeek dat hij een piano had staan uit de oorlog met de kogelgaten er nog in.

Jan die eigenlijk weinig met deze kapotte piano kon heeft hem toch opgehaald en in de opslag gezet. Op een dag ziet Jan een foto hangen in het Bevrijdingsmuseum in Groesbeek met Amerikaanse soldaten die rond een piano zitten te zingen en bespeeld wordt door een soldaat.

Jan herkent in deze foto direct zijn piano in de opslag en neemt contact op met de directeur van het museum. Deze twijfelt of het dezelfde piano is maar Jan die de specifieke kenmerken van piano’s als geen ander weet, overtuigt de directeur met bewijzen en kenmerken die specifiek zijn voor deze piano die 100% overeen komen met de piano op de foto. Sindsdien staat de piano, geschonken door Jan, in het “Vrijheid museum” in Groesbeek.

                                                                        Geboortehuis van Jan Pouwels, Geitweg 11 Alverna

De bewuste piano met de kogelgaten. Geschonken door Jan Pouwels aan het Vrijheidsmuseum.

Amerikanen in Groesbeek achter de piano die nu in het Vrijheidsmuseum staat.

Jan Pouwels, genoemd naar zijn oom, bezig met zijn grote passie, het stemmen van piano’s